Rustdag: Blacksboat - Marypark - Bridge of Avon - Cragganmore Distillery
Overnachting: Cragganmore House, Ballindalloch
16 Km - 50 Hm
We hebben heerlijk geslapen na de zware tocht van gisteren. Om even voor acht uur zitten we aan ons ontbijt en constateren dat er niets mis is met onze conditie. Na de dag van gisteren hadden we toch verwacht hier of daar wel een pijntje te voelen, maar niets van dien aard.
Als je je fit voelt wat doe je dan op je enige rustdag van de vakantie? Juist, je gaat nog even lekker een stukje wandelen.
We besluiten om vanmorgen een korte wandeling te doen in de omgeving, de Bridge of Avon te bekijken en dan tijdig wat boodschapjes te doen bij de benzinepomp voor die al om 1 uur vanmiddag dicht gaat. Daarna staat dan een bezoek aan de Cragganmore distilleerderij gepland die naast ons kasteeltje staat.
Bert stelt voor om een stukje van de Speyside Way terug te lopen tot aan de brug bij Blacksboat, dan de Spey over te steken om vervolgens via het kasteel van Ballindalloch terug te lopen naar de benzinepomp en de daarnaast gelegen Bridge of Avon. Een rondje van ongeveer 11Km wat op een grauwe ochtend goed te doen moet zijn. Vanavond gaan we weer in het Delnashaugh hotel eten, waarvoor we dan nog eens 5Km af moeten leggen. Op onze rustdag maken we dan toch weer 16Km, maar de hele dag binnen zitten is voor ons geen optie en Ballindalloch heeft verder niet veel te bieden.
Gisteren hadden wij van de Belgische gast gehoord dat onder druk van landeigenaren en vissers de oorspronkelijke Speyside Way was verplaatst van langs de oever van de Spey naar het hogerop gelegen spoorwegtraject, maar dat je op veel plaatsen zelf nog wel wat paden kon vinden langs de Spey. Dat vermoeden hadden wij zelf ook al, dus proberen we dat maar eens uit.
Vanuit het Cragganmore House zoeken we de brug over de Spey weer op en steken deze over. Aan de andere kant verlaten we gelijk de Speyside Way en gaan het talud af naar een breed pad dat de kronkels van de Spey volgt. Dat is mooier dan een lange rechte spoorbaan volgen.
We zijn nog maar net onderweg of we horen weer het onmiskenbare geluid van een fazant, voorzien een prachtige rode kop, die hier in veel voorkomt naast de Schotse Grouse. Een fazant fotograferen lukt nog wel met een telelens, de Grouse laat zich echter nog niet vangen. Maar gisteren bij Tomintoul hebben we hem wel voor het eerst in het echt gezien.
Het eerste gedeelte gaat goed, dit pad is goed onderhouden door de vissers die ook regelmatig het gras maaien om mooie visstekjes langs de Spey te krijgen. Al snel wordt het een veel smaller paadje pal langs de rivier, maar het is nog wel duidelijk herkenbaar als pad en wordt regelmatig belopen.
In een moerassig gedeelte gaat het pad verder via rotsblokken en stapstenen, de Spey is hier echt prachtig. Natuurlijk komen we daarbij op regelmatige afstand vissers tegen die de beroemde Schotse Zalm aan de haak proberen te krijgen.
Wanneer we op een zandstrandje aankomen lijkt dit wel het eindpunt van het oeverpad. Als we verder langs het water willen zullen we zelf een weg moeten gaan zoeken door hoog nat gras en onkruid.
Jammer, maar teruggaan is voor ons geen optie. We duiken het hoge gras in, en wetende dat de spoorbaan ergens hogerop links moet liggen, zoeken we het officiële pad maar weer op. Eenmaal gevonden blijkt het nog niet zo eenvoudig om ook op dat pad te geraken, dicht struikgewas en afrasteringen beletten ons om van het gras naar het pad te komen. Nadat we nog een stukje door zijn gelopen is het alsnog mogelijk om een afrastering over te klimmen.
Daarna lopen we het laatste stukje tot aan het Blacksboat Station toch maar via het veel beter begaanbare pad. Bij Blacksboat steken we via een brede brug de Spey over en volgen daar een asfaltweggetje het Spey dal uit naar het gehucht Marypark.
Via Marypark willen we aan de andere zijde van de rivier teruglopen naar Ballindalloch via Ballindalloch Castle en de Bridge of Avon. Al snel blijkt dat er aan deze kant van de rivier echter geen begaanbare wandelpaden zijn en kunnen we niet anders dan vanuit Marypark de tamelijk drukke hoofdweg volgen.
In een weiland komt een grote kudde koeien naar mij toelopen, nieuwsgierig alsof ze nooit eerder een mens hebben gezien. Ik roep de koeien toe 'hello boy's!' waarop de hele kudde zicht uit de voeten maakt en voor ons uit rent. Een 'stampede' volgens Bert die vroeger waarschijnlijk te veel cowboyfilms heeft gezien.
Na een lang stuk gelopen te hebben langs de kant van de hoofdweg waarbij de uitzichten soms prachtig zijn maar het verkeer erg storend, komen we langs de toegang tot Ballindalloch Castle. We wisten al dat het kasteel op zaterdag niet open is voor bezoekers, maar hadden wel verwacht in elk geval de buitenkant te kunnen bekijken. Helaas, er is een hele lange oprijlaan naar het kasteel toe die vooraan bij de asfaltweg al afgesloten is. We kunnen zelfs niet in de buurt komen.
Enigszins teleurgesteld gaan we verder op de asfaltweg van waaraf we helaas geen kasteel kunnen zien en het moeten doen met de leuke cottages langs de weg. We stappen stevig door richting de volgende geplande attractie, de Bridge of Avon.
Gisteren en eergisteren waren we al dichtbij deze oude brug, maar de asfaltweg die we toen volgden gaat over een nieuwe brug over de Avon. Naast deze nieuwe brug ligt aan de ene zijde het hotel waar we hebben gegeten en aan de andere kant het benzinestation annex Shop waar we de boodschappen kunnen doen.
De oude brug met daarbij een schitterend poorthuis, inclusief toren, is vanuit het bos toegankelijk en loopt dood tegen de nieuwe brug aan. Daar loopt alleen een stenen trap omhoog om vanaf de oude Bridge of Avon omhoog te kunnen klimmen naar de nieuwe brug.
We kijken rond op deze beroemde brug en gaan daarna via de trap omhoog. Boven staan we recht tegenover het benzinestation, mooi op tijd voordat de winkel de deuren sluit voor het weekeinde zodat we, nadat we hier gisteren voor een dichte deur hebben gestaan, nu wel de benodigde spulletjes voor de lunch kunnen krijgen. Natuurlijk nemen we gelijk ook de boodschappen mee voor morgen, dan gaan we weer een lange etappe afleggen waarvoor we ook mondvoorraad en weer vier liter water in de rugzakken nodig hebben.
We spreken af dat we in ons 'kasteeltje' op de kamer gaan eten en beginnen aan de 2,5Km naar Cragganmore. Net voordat we de oprit naar ons verblijf willen oplopen stopt er een auto naast ons, met daarin het voltallige gastgezin. Ze gaan een middagje uit en hadden ons vanmorgen al een sleutel meegegeven, maar mw. verteld ons dat ze de voordeur toch maar open hebben gelaten omdat wij de enige sleutel hebben.(?!) Als we ’s middags naar de distillery gaan dan kunnen we de voordeur op slot doen en de sleutel onder de deurmat leggen zeggen ze en rijden dan door.
Op onze kamer eten we een broodje en tegen half twee gaan we een deurtje verder waar we de Cragganmore whisky distilleerderij willen bezoeken. We melden ons voor de rondleiding in het bezoekerscentrum, tevens whisky shop.
In de shop is net een groepje bezig met het proeven van de whisky nadat ze een rondleiding hebben gehad. We worden gevraagd even geduld te hebben tot deze groep klaar is en wij rondgeleid kunnen worden. Het andere groepje blijken Duitsers te zijn en al snel is Bert met ze in gesprek. Een jongeman vertelt dat ze allemaal studeren in Aberdeen en op de universiteit bij een clubje van whisky liefhebbers horen. Hij zelf geeft rondleidingen in een andere distilleerderij als bijverdienste en met het groepje gaan ze ook regelmatig op stap om bij conculega's te kijken hoe daar rondleidingen worden verzorgd. Volgens hem had hij hier zojuist een voorbeeld van een zeer goede rondleiding gehad waar hij veel van had opgestoken.
Even later worden we samen met een Frans stel door een jongedame op sleeptouw genomen de distilleerderij in. Onze gastvrouw neemt ons mee via allerlei afdelingen door het hele proces van whisky maken, legt alles helder uit en doet dat met een flinke dosis humor. Dit nodigt ook ons uit om er een grapje in te gooien en de Fransman doet daar graag in mee. Het is echt gezellig en vooral ook leuk omdat het maar een klein groepje is.
De rondleiding eindigt in een van de enorme magazijnen waar de grote whisky vaten zes hoog zijn opgetast en op de hogere verdieping meer van hetzelfde. Zo ver het oog reikt vaten whisky die hier minimaal 12 jaar onaangeraakt blijven liggen.
Over onze vraag welk vat onze gastvrouw het liefst zelf mee naar huis zou nemen hoeft ze geen tel na te denken. Die! De beste whisky hier ooit gemaakt, maar uit dat vat is al zo vaak een proefje genomen dat er helaas niet veel meer in zit.
Aansluitend keren we terug naar de shop en mogen we zelf een 12 jaar oude whisky proeven. Wij zijn niet bekend met whisky en zijn dan ook verbaasd dat je eerst het een en ander moet weten voor je een whisky kunt proeven. Als we een kan water zien staan is onze leken reactie dat het toch zonde is om een soms zeer dure whisky met water te verdunnen, maar daarmee slaan we de plank goed mis. Er wordt ons uitgelegd dat elke whisky heel anders smaakt als je het met of zonder water drinkt. Het advies is om een whisky altijd eerst zonder water te proeven, daarna enkele druppels water toevoegen en dan opnieuw proeven. Het gaat niet om veel water, enkele druppels is genoeg om een chemische reactie op te roepen die de smaak totaal zal veranderen. Het gaat dus niet om het verdunnen maar om de persoonlijke smaakvoorkeur.
Een andere waardevolle tip is om altijd twee flessen van een soort whisky te kopen. Een fles om op te bergen in de hoop dat het ooit iets waard zal worden, absoluut nooit aankomen dus, maar de tweede moet gedronken worden omdat je anders niet weet wat voor bijzonders je in de vitrinekast hebt staan en dan dus niets over je whisky verzameling kunt vertellen. Tja...
Even na drieën zijn we terug bij “ons” kasteeltje, maar helaas, Bert krijgt de deur met geen mogelijkheid open met de sleutel die hij weer onder de deurmat heeft weggehaald. We zijn buitengesloten! Gelukkig duurt het niet lang voordat onze gastgevers terug zijn en via de achterdeur naar binnen gaan om zo de voordeur voor ons te kunnen openen. Blijkbaar heeft Bert een of ander palletje van het antieke slot overgehaald waardoor het slot niet meer was te openen vanaf de buitenkant.
Gelukkig hebben we nog wat tijd om op onze kamer even rustig te zitten voordat we ons gaan douchen en de wandeling richting het hotel weer aangaan. Na een goede maaltijd wandelen voor de laatste keer de 2,5 km terug naar onze red room in het Cragganmore House voor onze laatste overnachting hier.
arrow_backVorige route arrow_backTerug route overzicht arrow_forwardVolgende route